Fire Fight is het allereerste boek waar ik een ARC van heb gekregen, met dank aan LoveNotes PR en de schrijfster, Amanda Chaperon. Morgen is ‘ie alweer een week officieel uit en ik blijf er enorm aan denken, ondanks het feit dat ik hem de zondag ervoor zelf al uit had. Ik heb al een korte review op zowel Insta als Goodreads geplaatst, maar nu wil ik er toch iets dieper op in. Spoilers volgen nu dus wel (althans – enigszins), dus een gewaarschuwd mens telt voor twee.
Laten we beginnen met het feit dat ik al wilde huilen om de dedication van dit boek. Schijnt een trend bij me te zijn, want dat veroorzaakte Onyx Storm ook al. Anyway…
Fire Fight volgt het verhaal van Crew Lawless en Aspen McKay. Crew is een brandweerman (…dat klinkt in het Engels toch echt leuker) en Aspen is een private investigator. Ze krijgt een bericht over een langlopende zaak in Dusk Valley. In die zaak zijn de afgelopen veertig (!) jaar heel wat slachtoffers gevallen (en dan tellen we de nabestaanden niet mee), met dank aan de Prom Night Arsonist. Aan Aspen de vraag dit verder uit te zoeken; de mensen die haar hebben bericht, zijn nabestaanden van het eerste slachtoffer. Ze probeert informatie in te winnen; bij Crew (waarbij er meteen chemistry is!), bij de broer van Crew (die de sheriff is. Leuke achternaam voor een sheriff)… Uiteraard valt dat bij deze mysterieuze aronist niet in goede aard en wordt Aspen zelf ook het slachtoffer. Ze is de eerste die het overleeft. In plaats van zijn denkhoedje op te zetten besluit de sheriff een poging te doen om haar uit Dusk Valley te drijven (“ter bescherming), tot groot ongenoegen van Crew. Omdat ze verder nergens heen kan (ze is het motel uitgezet en de sheriff (Lane – laat ik hem vooral bij zijn naam noemen) heeft haar dus eigenlijk overal op een zwarte lijst gezet), trekt ze bij Crew in. Heerlijke forced proximity als een van de tropes dus, en wat genoot ik daar toch enorm van.
Het is een flinke slowburn. Ja, er was meteen een bepaalde chemie tussen het tweetal, maar het duurde toch echt even tot de actie echt kwam. Was dat jammer? Nee. Eigenlijk helemaal niet. Ze worden steeds kwetsbaarder met elkaar, groeien steeds meer naar elkaar toe. Om nog maar te zwijgen over de enorm traumatische gebeurtenis die ze nu samen delen. Ik ben misschien biased in deze mening omdat ik vuur vroeger het engste ter wereld vond, maar het idee alleen al van in een brandend gebouw achter worden gelaten…
Naast de suspense qua slowburn (…die burn is gezien het thema misschien niet het meest gelukkige woord), was er ook een enorme spanning over wie dan de dader zou zijn. Ik heb enorm veel dingen gemarkeerd. Alles wat ik als een hint naar de dader zag, kreeg een rood streepje. Nieuwe personages? Groene markering. Informatie over een personage? Ook een kleur. Alles wat de dader deed? Rood. Een mailtje? Rode streep. Ik heb – blijkbaar – welgeteld 102 dingen gemarkeerd of onderstreept (uiteraard vallen daar ook wederom lieve, zoetsappige dingen onder). En nog had ik het niet bij het juiste eind, maar my Gosh, ik zat op het puntje van mijn stoel. Sommige dingen zorgden echt dat mijn nekharen overeind gingen staan:
“Welcome to Dusk Valley, Aspen McKay. We hope you enjoyed your baptism by fire. A shame you survived, though. You should know I don’t like loose ends. Until we meet again, little cockroach.”